Risico’s bij afsluiten contract in textielsector
Tijdens het verkoopseizoen en in voorbereiding daarop zijn er heel wat zaken waar u rekening mee dient te houden: met welke partij gaat u samenwerken en wat is diens rol in de keten? Wat is de constructie en wie zijn de contractspartijen?
Auteur: Mees Bloembergen
Handel in textiel: wie draagt het risico?
Het coronavirus laat nog steeds zijn sporen na, het aantal faillissementen in de handel neemt toe. Dat zou, zeker ook in de kleding- en textielindustrie, voor extra oplettendheid moeten zorgen bij de totstandkoming van orders. Vaak wordt geleverd voor betaling. Wie draagt dan welk risico?
Vage constructies en contractspartijen
Niet altijd is duidelijk met welke rechtspersoon u een overeenkomst sluit. Bijvoorbeeld: een verkoper zet de ene handelsnaam op de factuur, maar voert correspondentie vanuit een e-mailadres met als afsluiting een andere handelsnaam, en de levering geschiedt weer door een andere rechtspersoon.
Hoewel waarschijnlijk achter elke “B.V.” dezelfde natuurlijke persoon zit, zal een rechter in geval van geschillen moeten vaststellen welke rechtspersoon de contractspartij is. Als dat problematisch is, dan is het lastig een vordering te incasseren. Dat wilt u voorkomen. Praktijken als hierboven beschreven moeten u daarom aan het denken zetten.
Handelsagent of wederverkoper: met wie werkt u samen?
Ga dan ook altijd na met wie u uiteindelijk een koopovereenkomst sluit. In de praktijk werken veel (buitenlandse) leveranciers met een handelsagent om hun producten in de Nederlandse winkels terecht te krijgen. Een handelsagent bemiddelt in de regel bij de verkoop van de leverancier aan de importeur/klant en ontvangt daarvoor commissie, zonder enig risico te dragen voor de producten. De klant koopt dus niet in bij de handelsagent: de leverancier en de klant sluiten de koopovereenkomst.
Maar wat nu als partijen afspreken dat de klant betaalt aan de handelsagent en de handelsagent na aftrek van zijn commissie direct doorbetaalt aan de leverancier? Waar moet de klant dan zijn als de levertijden niet worden gehaald? Of als de producten niet in orde zijn? Het is goed daarover duidelijke afspraken te maken.
Tussenpersoon onduidelijk: handelsagent of leverancier?
Het wil nogal eens voorkomen dat over de hoedanigheid van de handelsagent/tussenpersoon geen duidelijkheid bestaat. De klant vangt dan bot bij zowel de handelsagent als de leverancier.
Tegelijkertijd kan de bovengenoemde constructie voor de handelsagent voordelig zijn. De handelsagent houdt namelijk controle over het klantenbestand en weet zeker dat de commissie wordt ontvangen. Desondanks moet ook de handelsagent goed in de gaten houden welke gevolgen dit soort afspraken hebben. Misschien wordt de handelsagent tegen zijn/haar zin juridisch beschouwd als importeur/afnemer in plaats van als handelsagent. Goed opletten dus!
Wat als een partij in de keten failliet gaat?
Dan is er nog de vraag wat er gebeurt bij een faillissement van een schakel in de keten. U wilt bij die partij geen facturen open hebben staan. Als “gewone” schuldeiser – u bent geen bank of belastinginner – hebt u namelijk normaal gesproken weinig kans om na faillissement nog betaling te ontvangen.
Tijdens het voortraject kunt u meerdere afspraken zo indelen, dat uw bedrijf van een faillissement van een andere partij niet snel last zal hebben. Denk daarbij in de richting van betaal- en leveringstermijnen, opschortingsrechten en eventueel ook het opnemen van een eigendomsvoorbehoud.
Conclusie: hoe voorkomt u verrassingen?
In de praktijk is vaak discussie over wie nu de juiste contractspartij was. Dat zorgt voor problemen. Dat moet u voor zijn, voorkom onaangename verrassingen, door vooraf samen vast te stellen wat/wie de contracterende partijen zijn.
Bent u in overleg over een contract, maar onzeker over de inhoud? Of heeft u twijfels bij een bestaande overeenkomst? Neem dan gerust contact op via info@nvkt.nl of rechtsreeks: m.bloembergen@vantill.nl.